Wild gespot op Utrecht Science Park: 'Er is verrassend veel natuur te vinden'

In dit artikel:

Onder begeleiding van universitair hoofddocent Marijke van Kuijk en promovendus Yannick Wiegers hangen bachelorstudenten sinds 2020 ieder voorjaar twintig verborgen wildcamera’s verspreid over het Utrecht Science Park en Landgoed Oostbroek. Met die beelden brengen ze in kaart welke dieren de campus bewonen en of ze de overstap durven te maken tussen het bebouwde terrein en omliggende natuurgebieden.

Het doel is inzicht in bewegingspatronen en daarmee in de kwaliteit van ecologische verbindingen rondom de campus. Die kennis kan direct gebruikt worden bij het ontwerp of behoud van groenstroken en beschutte plekken, die de biodiversiteit op het Science Park vergroten. In Nederland is het opzetten van zo’n studie anders dan in onder meer tropische regenwouden waar Van Kuijk en Wiegers normaal werken: hier vereist elke locatie toestemming en dieren moeten zich aanpassen aan menselijke aanwezigheid en bebouwing.

De camera’s legden al vele soorten vast: dassen, boom- en steenmarter, reeën, eekhoorns, muizen en diverse vogels (roofvogels, reigers), en soms huisdieren zoals katten en honden. Soms leveren de beelden verrassende ontmoetingen op, bijvoorbeeld een haas gevolgd door een vos; een hertenjong werd ooit achter het TNO-gebouw gefotografeerd. Een opvallende hotspot blijkt het gebied rond de faculteit Diergeneeskunde, waar veel beschutte struikzones voorkomen.

De onderzoekers hopen met voortgezet monitoren zowel onverwachte vondsten (Marijke droomt van een wolf) als concrete aanwijzingen te krijgen om het Science Park vriendelijker voor meer diersoorten te maken.