Van Oosten - Waarom krijgen asielzoekers schuld woningnood?
In dit artikel:
Kees van Oosten betoogt dat de woningnood geen onvermijdelijk gevolg is van asielzoekers of arbeidsmigranten, maar van een bewust gevoerd beleid dat sociale huurvoorraad afbreekt en zo ruimte schept voor winstgevende, dure nieuwbouw. In Utrecht staat een kandidaat-huurder gemiddeld zo’n 11 jaar op de wachtlijst; de gemeentelijke ambitie om tot 2040 zo’n 60.000 woningen bij te bouwen zal volgens hem niets oplossen omdat het merendeel onbetaalbaar blijft. Veel nieuwbouw belandt bovendien bij welgestelden als tweede of derde woning, waardoor de stad ‘yuppen’ aantrekt die ook politiek invloed krijgen.
Van Oosten wijst op concrete voorbeelden: in Overvecht is het gemeentebestuur akkoord gegaan met een daling van het aandeel sociale huur van circa 70–80% naar 50%, wat duizenden betaalbare woningen onttrekt. Historisch cijfer: in 1996 bestond de Utrechtse woningvoorraad voor ongeveer 46% uit sociale huur; beleidskeuzes vanaf 2002 (het ‘DUO’-besluit) leidden tot een streefpercentage van 30% en de sloop van circa 9.600 sociale huurwoningen. Volgens de auteur wordt al 20–30 jaar op grote schaal betaalbare voorraad gesloopt, terwijl veel kantoorpanden eenvoudig om te bouwen zouden zijn tot betaalbare woningen.
Waarom gebeurt dit? Volgens Van Oosten zijn projectontwikkelaars, Bouwend Nederland, banken, rijke woningcorporaties en overheden gebaat bij schaarste: dure bouw levert hogere hypotheken, OZB en BTW op. Woningnood wordt zo een verdienmodel. Om die economische realiteit te verbergen, worden asielzoekers en arbeidsmigranten als zondebok gepresenteerd. Zowel rechts-populistische stemmen als gevestigde partijen als PvdA, GroenLinks en D66 spelen volgens hem mee in dit verhaaltje, doordat zij instemden met sloop en onvoldoende bescherming van sociale woningvoorraad.
Als alternatief impliceert het betoog dat behoud en herbestemming van bestaande betaalbare woningen, plus een rem op sloop en speculatieve nieuwbouw, noodzakelijk zijn om de echte oorzaak van de woningcrisis aan te pakken — iets wat politiek en financieel belanghebbenden volgens de auteur niet willen.