Biljartmaker Cees (70) moet zaak sluiten omdat er geen opvolger te vinden is
In dit artikel:
Biljartmaker Cees Bocxe (70) sluit na 55 jaar zijn zaak in Portengense Brug bij Kockengen en gaat met pensioen; morgen is de laatste openingsdag. Samen met zijn vrouw Ria, die de winkeladministratie regelde, zocht hij het afgelopen decennium actief naar een opvolger — via het Hout- en meubileringscollege en advertenties — maar zonder resultaat. Eén kandidaat hikte lang aan, maar koos uiteindelijk voor jachtbouw; ondernemerschap en het binnentreden in de gesloten biljartwereld weerhielden hem.
De winkel en werkplaats van Bocxe tonen zijn ambacht: groen beklede tafels, keuen in allerlei lengtes, honderden bekers en een werkplaats vol machines, lijmklemmen en gereedschap. Veel van de fijnslijpkunde die daar samengaat, verdwijnt nu ook: kennis over de juiste temperatuur en draden in de verwarming om het laken droog te houden en de ballen soepel te laten lopen, en vooral het afstellen van de stootbanden langs de rand — “het hart van het biljart” — dat niet te laag of te hoog mag zitten.
De Koninklijke Nederlandse Biljartbond (KNBB) signaleert deze trend: veel gespecialiseerde bedrijven stoppen omdat er geen opvolging is; in Nederland zijn nog achttien bij de KNBB aangesloten bedrijven over, en Bocxe’s zaak was de laatste in de provincie Utrecht. Dat maakt de sluiting zowel een persoonlijk als een vaktechnisch verlies voor de biljartwereld.
Persoonlijk kijkt Bocxe met gemengde gevoelens naar het afscheid: hij mist het werk, maar wil ook meer tijd met zijn vrouw kunnen doorbrengen en eindelijk zelf eens vaker biljarten — iets wat hij in 55 jaar nauwelijks deed om professioneel objectief te blijven. Trouwe klanten voelen het vertrek: een 93-jarige kwam onlangs nog zijn keu halen en vreesde dat zijn hobby ophoudt als die kapotgaat; Bocxe bood direct aan hem thuis te helpen zodat hij kon blijven spelen.
De sluiting markeert niet alleen het einde van een familiebedrijf (vakmanschap dat van vader op zoon ging), maar illustreert ook de bredere moeilijkheid van ambachtelijke overdracht in een kleine, specialistische markt.