Hier weten GroenLinks en VVD elkaar wél te vinden: 'Minder eng dan zij denken'
In dit artikel:
In Zeist en in de provincie Utrecht laten VVD en GroenLinks zien dat samenwerking wél kan, ook al lijken beide partijen landelijk moeilijk te combineren. Na de Tweede Kamerverkiezing is D66 de grootste partij en leidt het de kabinetsformatie; omdat de PVV door veel partijen is uitgesloten, blijft één realistische meerderheidscombinatie over: D66, VVD, GroenLinks-PvdA en CDA. Dat wringt omdat de VVD zich tot nu toe tegen een kabinet met GroenLinks-PvdA heeft uitgesproken.
Op provinciaal niveau verloopt de relatie tussen GroenLinks en VVD in Utrecht echter overwegend goed. GroenLinks-fractievoorzitter Marjolein van Elteren (7 zetels in Provinciale Staten) zegt dat Utrecht laat zien dat de afstand tussen beide partijen te overbruggen is. VVD-fractievoorzitter Vincent Janssen (6 zetels) benadrukt dat de samenwerking vooral op inhoud moet berusten: compromissen zijn nodig, maar partijen moeten elkaar aanvullen, niet overnemen.
In Zeist zit VVD al acht jaar samen met GroenLinks in een coalitie, naast D66 en ChristenUnie-SGP. Lokale kopstukken noemen vertrouwen, goede afstemming en wederzijds begrip de sleutel: beide zijden geven elkaar ruimte en accepteren verschil van mening. Als concreet voorbeeld noemen ze de ontwikkeling van een nieuw stationsgebied waar zowel sociale huurwoningen als koop- en middensegmentwoningen gepland zijn, plus aandacht voor het behoud van groen—een combinatie van prioriteiten van beide partijen.
Op provinciaal niveau vullen de partijen elkaar volgens Janssen aan bij onderwerpen zoals bedrijventerreinen enerzijds en duurzaamheid en circulaire economie anderzijds. De centrale houding die steeds terugkeert is dat beide partijen bereid zijn om te “gunnen en soms te slikken”: niet álles overeenstemmen, maar elkaar de eigen speerpunten laten houden.
Zeister en Utrecht zien een landelijke coalitie tussen VVD en GroenLinks dus als reële optie, mits er ruimte en vertrouwen is. Lokale en provinciale vertegenwoordigers roepen de Haagse VVD op iets minder terughoudend te zijn; volgens hen bewijst de praktijk in hun regio dat samenwerking werkbaar en constructief kan zijn.