Binnendijk - Grofvuil verbouwen (Energievertimmering 2)
In dit artikel:
Ik maak mijn zolder leeg om het schuine dak te isoleren en zo mijn huis van energielabel F naar C te brengen. Het leeghalen was een klusje van dagen: maandag werkte ik zo’n vijf uur om stapels hout uit de knusse, alleen in het midden rechtop te staan zolder te halen, met buurman Ad alleen voor het laatste klushulpje. Het materiaal verhuisde via de uitschuifbare zoldertrap en twee gewone trappen naar beneden en werd tijdelijk achter mijn huis opgeslagen.
Dinsdag heb ik het hout en ander grof afval door het huis naar de straat gesleept, met de bedoeling dat alles woensdagochtend vroeg klaar zou liggen voor de vuilniswagen (in het verhaal vallen de data rond 19–20 augustus). Naast hout lagen er ook tapijten, vinyl, luxaflex, een bureaustoel zonder rugleuning, een theetafel en mijn oude tv’tje. De eerste woensdagmorgen kwam er vroeg een wagen langs, maar die haalde alleen oud papier op — niet het grof vuil — waardoor mijn spullen en die van anderen nog op de stoep bleven liggen.
Die dag was de Bergstraat bovendien anderhalf uur geblokkeerd door twee busjes bij een verhuizing en daarna stond er een busje van cv-installateurs verkeerd geparkeerd. Door die verkeerssituatie konden de vuilniswagens niet optimaal keren en bleef er grofvuil onopgehaald liggen. Daardoor lag mijn afval uiteindelijk van dinsdagmiddag 19 augustus tot woensdagochtend 27 augustus langs de stoep. Voor de tweede ophaalronde had ik opnieuw een afspraak gemaakt en zo groeide de hoop tot een tiental meters, overwegend van mij.
Wat volgt is een beeld van buurtuitwisseling: buren brengen zelf nog spullen bij de stapel, nemen dingen mee of geven elkaar tips. Florence zette een grote kast en twee archiefkasten buiten; buurman A. sleepte een vieze vuilnisbak erop; H. voegde matten en bloempotten toe; buurman AH, nog in Duitsland, kreeg een berichtje over de archiefkasten en wilde ze hebben. Mijn theetafel verdween onopgemerkt die avond. J. vroeg uiteindelijk om vier planken te bewaren; die liggen nog steeds achter mijn huis.
De meest opvallende episode was een nachtelijke herinrichting door een onbekende blonde vrouw die vanaf half negen ’s avonds tot ver na half elf planken en balken verplaatste. Zij legde ook een opgerolde matras en mijn diaprojectorscherm bij Florence neer en bekeek oude administratiepapieren. De volgende ochtend bleek ze de berg ordelijk te hebben teruggebracht: papier bij papier, hout netjes gestapeld, en er was een gat van ongeveer twee meter in de tien meter lange stapel — maar sommige items, zoals drie setjes metalen tafelpoten en een doos met omgedrukte enveloppen van een voormalige stichting (Stichting Biospekt), leken te ontbreken.
Uiteindelijk kwamen die woensdagochtenden het oud papier en later het grofvuil alsnog voorbij, en heb ik zelfs geholpen om de resterende spullen in de wagen te gooien. Met de laatste stukken weggehaald kan de isolatie- en verbouwingsklus nu echt beginnen.
Context: de tekst toont hoe een ogenschijnlijk simpele klus — zolder leeghalen voor isolatie — snel uitgroeit tot een klein buurtgebeuren, beïnvloed door logistieke knelpunten bij afvalinzameling en door informele ruil en hergebruik van materialen onder bewoners. Het illustreert ook hoe dergelijke gemeenschappelijke activiteiten bijdragen aan afvalvermindering en hergebruik, maar tegelijk gevoelig zijn voor organisatorische toevalligheden zoals fout geparkeerde busjes en veranderde ophaalpatronen.