Amersfoort 'tikkie eigenwijs' met per wijk opzetten steunpunten voor calamiteiten
In dit artikel:
Amersfoort legt een netwerk van lokale noodsteunpunten aan: in elke wijk moeten meerdere locaties komen zodat inwoners bij een ramp of calamiteit lopend toegang hebben tot levensmiddelen, water, informatie en hulp. De gemeente wil niet wachten op de landelijke proef die volgend jaar begint en noemt zichzelf daarom “een tikkie eigenwijs”; het plan maakt vooral gebruik van vrijwilligers en bestaande voorzieningen zoals zorginstellingen, wijkcentra, sportverenigingen en religieuze organisaties.
De opzet is praktisch: voor elke 5.000 inwoners één steunpunt binnen loopafstand, wat neerkomt op meer dan dertig punten in de stad. De gemeente werkt samen met bewoners en organisaties om per locatie te bepalen wat de natuurlijke contactpunten zijn en welke vrijwilligersnetwerken al bestaan. Senior-adviseur veiligheid Suzanne Robijn benadrukt dat veel instellingen zich spontaan aanbieden om faciliteiten en hulp te leveren.
Een belangrijke les komt uit Oekraïne: bij veel stroomuitval fungeerden lokale steunpunten als plekken om telefoons op te laden, water te halen of informatie te krijgen. Amersfoort wil ook aandacht besteden aan kwetsbare groepen die zelf geen noodpakket kunnen samenstellen of er geen geld voor hebben; de gemeente onderzoekt het uitdelen van kant-en-klare pakketten of het aanleggen van een voorraad die bij calamiteiten kan worden verspreid.
Behalve samenredzaamheid — burenhulp en inzet van verenigingen — stimuleert de gemeente eigen voorbereiding van huishoudens, rekening houdend met verschillen zoals baby’s, huisdieren of elektrische medische apparatuur. Ook wordt nagedacht over praktische problemen zoals vastzittende mensen in liften: er zijn ongeveer 600 gebouwen met liften waarvoor afspraken met woningcorporaties en gebouweigenaren nodig zijn. Het initiatief valt onder programma Weerbaarheid; de gemeenteraad stelde hiervoor 300.000 euro beschikbaar voor de komende twee jaar. Begin volgend jaar volgt meer informatie over de concrete uitvoering.