Aanleiding voor dodelijk steekincident Veenendaal was illegale sigarettenhandel

In dit artikel:

Op 4 juni dit jaar kwam in een steegje bij de Riethoek in Veenendaal een jonge man om het leven nadat hij volgens het Openbaar Ministerie was neergestoken tijdens een mislukte transactie van illegale sigaretten. Tijdens de eerste voorbereidende zitting wordt een 24-jarige vrouw uit Hilversum verdacht van moord; ook haar 35-jarige vriend blijft als verdachte aangemerkt.

Volgens de verdediging waren de twee die woensdagavond naar Veenendaal gekomen om een partij sigaretten te kopen. Er ontstond een ruzie in de auto en het latere slachtoffer zou met het geld zijn weggelopen. De vriend achtervolgde hem een steeg in, waar een handgemeen plaatsvond. De vrouw liep kort daarop het steegje binnen met een mes dat zij bij zich had. Zij verklaarde dat ze niet de bedoeling had iemand te doden en dat ze handelde uit noodweer nadat de Veenendaler bovenop haar vriend zat. Getuigen bevestigen dat er versterking van de zijde van het slachtoffer arriveerde en dat er een worsteling plaatsvond.

Het OM betoogt dat de vrouw bewust met een mes de steeg inrende, een wapen gebruikte terwijl er sprake was van een gevecht zonder wapens en dat zij anders had moeten handelen. Uit een afgeluisterd gesprek zou blijken dat zij zelf heeft gezegd dat het "anders opgelost" had kunnen worden. Volgens de rechtbank is uit het dossier bij deze zittingsfase nog niet vast te stellen dat er sprake was van rechtmatige zelfverdediging; dat moet blijken uit het verdere onderzoek of tijdens de inhoudelijke behandeling. Bij veroordeling staat in elk geval een zware straf op de feiten — minimaal twaalf jaar gevangenisstraf wordt genoemd.

De vrouw blijft voorlopig in hechtenis; haar partner mag het proces in vrijheid afwachten. Het dossier wordt verder onderzocht: een psycholoog en psychiater bekijken de verdachte, er wordt een reconstructie van het incident gemaakt en er moeten nog meerdere getuigen worden gehoord. De moeder van het slachtoffer vroeg tevergeefs om (gedeeltelijke) behandeling achter gesloten deuren; de rechtbank wees dat verzoek af vanwege het openbaarheidsbeginsel. Over drie maanden is de volgende tussenzitting.